Virale Hepatitis
1/ Hepatitis A
Besmetting :
- faecaal-oraal in geindustrialiseerde landen. Uitscheiding reeds vóór symptomen en tot
tweetal weken erna.
- via eten van rauwe schelpdieren en weekdieren in endemische gebieden : Azie,
Afrika en Centraal Amerika.
Immunisatiegraad : 50 % van de bevolking heeft infectie doorgemaakt (meestal subklinisch) en is daardoor Hep A-IgG positief.
Diagnose : - immuniteit: Hep A-IgG positief
- recent contact: Hep A-IgM positief
Chroniciteit : geen chronische infecties noch levercarcinoom.
Vaccinatie : Indien Hep A-IgG negatief kan vaccinatie met Havrix nuttig zijn (uiterlijk 1 maand voor vertrek naar het buitenland).
2/ Hepatitis B
Besmetting: via bloed of sexueel of perinataal.
Evolutie van infectie met B-virus:
- 90 % asymptomatisch, 10 % acute hepatitis B.
- 0.1 % fulminante hepatitis (zeer gevaarlijk).
- na contact ontstaat er 10 % chroniciteit, waarvan 40 % gezonde drager, 30 %
persisterend chron. hepatitis en 30 % actieve chron. hepatitis.
- zonder interferon na chronische hepatitis B ontwikkelde 70% cirrose, met interferon
en antivirale geneesmiddelen, 3 x minder.
- 8% van de cirrotische patienten vertonen hepatocellulair carcinoom.
Diagnose:
|
Hepat. Bs Ag |
Hepat. Bc Al |
Hepat. Bs Al |
acute infectie |
pos |
+++ |
0 |
recente (venster fase) |
neg |
+++ |
0 |
chroniciteit of drager * |
pos |
+++ |
0 |
immuun na infectie |
neg |
+ of ++ of +++ |
> 15 IU |
geen hepatitis B |
neg |
neg |
0 |
*: Chroniciteit: Hepat. Be Ag pos, Hepat. Be Al neg .
gezonde drager : Hepat. Be Ag neg, Hepat. Be Al pos
Vaccinatie:
|
Hepat. Bs Ag |
Hepat. Bc Al |
Hepat. Bs Al |
aangewezen indien |
neg |
neg |
0 |
non-responder * |
neg |
neg |
0 |
immuun na vaccin |
neg |
neg |
>15 IU |
* : Bij non-responder na het vaccin, heeft hervaccineren geen effect.
Wat is nieuw bij hepatitis B?
1/ Bepaling van het viraal DNA (HBV-DNA positief) kan nuttig zijn voor het
bevestigen van chroniciteit.
2/ In zeldzame gevallen is HBV-DNA positief en blijkt Hepat. Be Al positief. Het
Hepat. Be Al pleit voor genezing en het HBV-DNA paradoxaal voor chroniciteit.
Dit is te wijten aan mutante vormen van het B-virus : het "pre-core" type genaamd.
Dit type van B-virus zou minder goed reageren op interferonbehandeling.
3/ Hepatitis C
Besmetting:
Voorheen non-A, non-B virus nu hepatitis C virus (HCV).
Via contact met bloed (voor 1992 t.g.v. transfusie) en IV druggebruikers. Veel minder vaak via sexueel contact.
In geindustrialiseerde landen : 0.5% van de bevolking is geinfecteerd met HCV. In Afrikan hoger, tot 15% in Egypte (door besmette naalden bij vaccinatie tegen Bilharziose)
Verloop:
Zeer hoge kans op chroniciteit met recidieven van hepatitis.
Voor het ogenblik zal zowat 20 % van de met HCV geinfecteerden evolueren naar cirrose, waarvan 50% na 10 jaar hepatocellulair carcinoom zal vertonen.
Dankzij interferon en nieuwe antivirale geneesmiddelen hoopt men de prognose te verbeteren.
Diagnose: Hepat. C-antilichamen positief betekent geinfecteerd.
Het aantonen van Hepat. C antilichamen staat niet gelijk met immuniteit op. Men blijft levenslang drager en besmettelijk.
Voor het hepatocellulair carcinoom is AFP de best tumormerker.
Wat is nieuw voor HCV?:
HCV komt voor onder verschillende virale types. Deze genetische variabiliteit verklaart waarom de ontwikkeling van een vaccin zeer moeilijk blijkt te zijn.
4/ Andere virussen die hepatitis geven
1/ Bij virale hepatitis denk ook aan CMV IgG + IgM en EBV IgG + IgM.
2/ Curiosa:
Hepatitis D t.g.v. het Delta-virus. Komt zeer zelden voor en is steeds nauw verbonden met chronische hepatitis B of dragerschap van het B-virus.
Hepatitis E is een zelzame vorm van non-A, non-B hepatitis die faecaal-oraal wordt overgedragen, en dit vooral in landen met verlaagde hygiene (3e wereld).
Hepatitis F is recentelijk ontdekt door virologen in India en een overdracht faecaal-oraal wordt vermoed (belang=?)
Hepatitis G is een recent ontdekt RNA-virus dat eveneens enkele gevallen van transfusie hepatitis zou verklaren (belang = ?).
3/ Nog te ontdekken virussen?
In 10% van de gevallen van acute hepatitis kan in het jaar 2000 nog geen etiologisch agens worden aangetoond.
Referenties:
1/ Alexopoulou A. et al. Emerge and selection of HBV variants in an anti-HBe pos patient . J. Hepatol. 1997; 26: 748-753
2/ Miyakawa Y. et al. Hepatits G virus. A true hepatits virus or an accidental tourist? N. Engl. J. Med. 1997; 336: 795.
3/ Kanyinda et al. Precor mutant chronic hepatitis B in an autochtone belgian population. Acta Clin. Belg. 1995; 50: 144-148.
4/ Cuigniez Ph. et al. Laboratoriumtesten. Welke? Wanneer? 1988,138-141.
5/ H. Barnard . Hepatitis C in Egypte, een iatrogene Epidemie. Ned. Tijdsch Geneeskd 2000; 144(42